De vorsers hebben voor hun studie de gegevens doorgenomen van de ERMA-studie (Estrogenic Regulation of Muscle Apoptosis), die werd uitgevoerd bij 1098 vrouwen van 47-55 jaar in Jyväskylä in Finland.
De vrouwen werden in vier groepen ingedeeld naargelang van de plasmaconcentratie van FSH en de geschiedenis van de menstruatie: premenopauze (n = 304), vroege perimenopauze (n = 198), late perimenopauze (n = 209) en postmenopauze (n = 387).

Het geestelijke welzijn werd geëvalueerd met de CES-D-schaal (Center for Epidemiological Studies Depression Scale), die symptomen van depressie evalueert, en de I-PANAS-SF-schaal (International Positive and Negative Affect Schedule Short Form), die negatieve en positieve affecten meet. De vrouwen hebben ook een vragenlijst over de tevredenheid over hun leven (Satisfaction with Life Scale) ingevuld. De mate van lichaamsbeweging werd geëvalueerd met een schaal met een score van 1 tot 7: geringe fysieke activiteit werd gedefinieerd als een score van 1-3, matige fysieke activiteit als een score van 4 tot 5 en hoge fysieke activiteit als een score van 6-7.

De correlaties tussen de variabelen werd geanalyseerd met multivariate lineaire regressieanalyse gecorrigeerd voor de leeftijd, de burgerlijke stand, de werksituatie, de paritas, door de vrouwen zelf aangegeven geestesstoornissen, het gebruik van psycholeptica en psychoanaleptica en symptomen van de menopauze.

Premenopauzale vrouwen hadden minder depressieve symptomen dan postmenopauzale vrouwen. Er werd geen verband vastgesteld tussen de menopauzale toestand en de tevredenheid over het leven, de positieve of de negatieve affecten.

Vrouwen die veel lichaamsbeweging namen, behaalden betere resultaten inzake positieve affecten. Pre-, vroeg peri- en postmenopauzale vrouwen waren meer tevreden over hun leven (respectievelijk p < 0,001, p = 0,009 en p = 0,009) en scoorden lager op de schaal van depressieve symptomen (respectievelijk p = 0,039, p = 0,034 en p < 0,001) dan de vrouwen die weinig lichaamsbeweging namen. Pre- en postmenopauzale vrouwen die matige lichaamsbeweging namen, waren meer tevreden over hun leven (respectievelijk p = 0,001 en p = 0,004) dan vrouwen die weinig lichaamsbeweging namen.

"Fysiek actieve vrouwen vertoonden minder depressieve symptomen, scoorden hoger op de positieve affecten en waren meer tevreden over hun leven dan inactieve vrouwen", zei Dmitriy Bondarev van het centrum voor onderzoek in gerontologie en de faculteit sport- en gezondheidswetenschappen van de Universiteit van Jyväskylä in Finland. "Lichaamsbeweging nemen tijdens de overgangsjaren kan dus de negatieve invloed van de menopauze op symptomen van depressie tegengaan en kan bijdragen tot het geestelijke welzijn."

Referenties

Bondarev D. et al., The role of physical activity in the link between menopausal status and mental well-being, Menopause 2020; 27 (4): 398-409 - doi: 10.1097/GME.0000000000001490